Op de operatiekamers (OK) van het Bravis ziekenhuis wordt er geregeld gebruik gemaakt van positief taalgebruik en medische hypnose om angst of stress weg te nemen bij patiënten. “Mensen hebben vaak een negatief beeld over hypnose, maar het is simpelweg het verleggen van de focus door gebruik te maken van iemands fantasie”, legt anesthesiemedewerker Tooke Lardenoy uit.
“Het kost ons weinig moeite. Door alleen al met de patiënten te praten kunnen wij ervoor zorgen dat ze even vergeten dat ze op de OK liggen en onder narcose moeten. En dat maakt voor de patiënt zo’n groot verschil”, voegt anesthesiemedewerker Sabien van der Borgt toe.
“Mensen denken bij hypnose gelijk aan Rasti Rostelli”, lacht Tooke. “Maar zo spannend is het niet hoor. Iedereen is meerdere keren per dag in hypnose. Je kan gewoon nog denken, praten of reageren. Een mooi voorbeeld is naar de bioscoop gaan. Wanneer je helemaal één bent met de film, dan ben je eigenlijk al in hypnose. Of wanneer je iets niet registreert, bijvoorbeeld of je het licht wel uit hebt gedaan of de deur op slot hebt gedaan. Iemand meenemen in zijn eigen fantasie, dat is de hypnose die wij in het ziekenhuis toepassen.
Waar had je nu het liefst willen zijn?
De eerste vraag die Tooke en Sabien aan een patiënt stellen is: ‘Waar had je nu het liefst willen zijn?’ “Dat is ons startpunt”, vertelt Sabien. “Afgelopen winter hadden we een patiëntje die, op de dag dat hij op skivakantie zou gaan, geopereerd moest worden vanwege een blindedarmontsteking. Na wat simpele vragen (wat voor kleur helm heb je? Ga je liever skiën of snowboarden?) nam zijn fantasie het over. Op het moment dat wij bovenop de berg stonden, klaar om de zwarte piste af te gaan, viel hij in slaap. Door zijn focus te verleggen konden we hem zonder angst of stress in slaap brengen en had hij een hele prettige ervaring op de OK”. “En het werkt ook voor volwassenen. Door gewoon met iemand te praten, merk ik dat ze bij iedere ademhaling steeds meer ontspannen worden.”
De invloed en kracht van woorden
“Zorgverleners zijn zich niet altijd bewust hoeveel invloed en kracht hun woorden hebben”, geeft Sabien aan. “Als een arts zegt dat iets pijn gaat doen, dan focust de patiënt zich daarop en zet hij zich schrap. Als we zeggen dat iets stinkt, dan stinkt het ook automatisch. Met positief taalgebruik vermijden we negatieve woorden door iets anders te beschrijven. Natuurlijk kunnen we iets niet mooier maken dan dat het is en uiteraard willen we niemand voorliegen, maar het gaat erom hoe je iets brengt. In plaats van ‘Je voelt nu een prik achterin je rug, dat kan pijn doen’, zeg ik nu: ‘Het kan zijn dat je een drukkend gevoel voelt in je rug’. Door het anders te zeggen reageren patiënten ook anders. Een prik wordt geassocieerd met pijn, een drukkend gevoel niet”.
“En dat werkt twee kanten op”, vult Tooke aan. “De patiënt ervaart minder angst en stress en het levert ook minder no-shows en onderbrekingen op voor het ziekenhuis. En uiteindelijk komt het ook ten goede aan de werksfeer.
Team SPARKLE
Tooke en Sabien maken onderdeel uit van Team SPARKLE. Dit is een multidisciplinair team dat ernaar streeft om kinderen geen of zo min mogelijk angst, pijn en stress te laten ervaren tijdens hun behandeling. Dit doet het team door Bravis medewerkers handvatten te bieden bij het behandelen van angstige kinderen van 0 tot 18 jaar en door hen daarbij te ondersteunen. Positief taalgebruik en medische hypnose zijn hier mooie voorbeelden van. “Ons doel is dat iedereen dezelfde (positieve) taal gaat spreken. Iedereen kan gebruik maken van positief taalgebruik, het is zo simpel. Je moet er alleen voor openstaan”, geeft Sabien aan.
Bron: Bravis Ziekenhuis
